De Chinese kalender

Zie ook:  Het tellen van de jaren   De maanden en het schrikkeljaar

De Chinese kalender is een lunisolaire kalender die volgens de overlevering is uitgevonden door Huŕng Dí, de Gele Keizer (de legendarische voorvader van de Chinese natie) in zijn 61ste regeringsjaar, het jaar 2637 voor Christus (Gregoriaans). Feitelijk is de kalender ontstaan in de veertiende eeuw voor de Gregoriaanse jaartelling. In de 3000 jaar daarna is de kalender tenminste 50 keer aangepast, waarbij we eventuele wijzigingen van epoche niet meetellen. Dit waren de belangrijkste:
104 v.Chr Invoering van de regel dat de eerste maan-maand waarin geen zonnemaand begint, de schrikkelmaand is; er worden gemiddelde waarden gebruikt voor maan- en zonnemaanden.
619 Het gebruik van het werkelijke tijdstip van nieuw maan wordt ingevoerd.
1645 Het gebruik van werkelijke zonnemaanden wordt ingevoerd.

De versie in het kalenderprogramma is de laatste versie, die in het tweede jaar van de Qing-dynastie (1645) werd geďntroduceerd, en is ontworpen door een katholieke missionaris in China, de Jezuďet Adam Schell. Na hem zijn er nog een tijdlang Jezuďeten verbonden geweest aan het Keizerlijke Observatorium te Beijing. Sinds 1645 is de basisstructuur van de kalender niet veranderd, maar wel enkele details.

Tot 1913 gebruikte men 17de-eeuwse astronomische modellen van het zonnestelsel, die tot enkele minuten konden afwijken van de huidige; daardoor klopt de gepresenteerde kalender in de periode 1645-1906 af en toe niet, al kloppen de nieuwjaarsdata wel.

Tot 1928 werden alle berekeningen uitgevoerd met de plaatselijke tijd van Beijing (116°25' OL), maar daarna stapten de Chinezen over op de standaard- tijdzone van 120° OL; hiermee houdt het programma rekening.

Het tellen van de jaren

Zie ook:  Inleiding   De maanden en het schrikkeljaar

Om de jaren aan te duiden wordt een cyclus van 60 jaar gebruikt. Binnen deze cyclus worden eigenlijk twee cycli gecombineerd: die van 10 "hemelse stammen" (tian gan) en 12 "aardse takken" (di zhi).
[Chinese stammen en takken]

De namen van de stammen zijn niet vertaalbaar. Toch worden ze vaak geassocieerd met de vijf elementen, waarbij de eerste van elk paar stammen de belangrijkste is; geng is dus "metaal-groot" en xin is "metaal-klein". De takken hebben traditionele namen, die taalkundig niets te maken hebben met de totemdieren van de jaren.
Beide cycli lopen parallel, zoals de dagen van de week en de dagen van de maand gelijk op gaan:

1jia-zihout-groot ratbegin van de cyclus: 1ste stam, 1ste tak
2yi-chouhout-klein os2de stam, 2de tak
3bing-yinvuur-groot tijger3de stam, 3de tak
10gui-youwater-klein haanlaatste (10de) stam, 10de tak
11jia-xuhout-groot hondopnieuw beginnen met de 1ste stam, verder gaan met de 11de tak
12yi-haihout-klein zwijn2de stam, laatste (12de) tak
13bing-zivuur-groot ratverder gaan met de 3de stam, opnieuw beginnen met de 1ste tak
60gui-haiwater-klein zwijneinde van de cyclus: 10de stam, 12de tak
1jia-zihout-groot ratbegin van de volgende cyclus: 1ste stam, 1ste tak

Al is het niet gebruikelijk om de cycli te tellen, om een jaar eenduidig aan te duiden doen we het hier toch. De epoche voor onze versie is de traditionele datum van de invoering van de kalender door de Gele Keizer: 15 Februari 2637 v. Chr., zodat in 2003 het Chinese jaar 4640 begint, jaar 20 van cyclus 78.
Een ander veel gebruikt begintijdstip, de troonsbestijging van Huang Di, levert voor 2003 het Chinese jaar 4701 op. Het lijkt er op dat men het tweede regeringsjaar van Huang Di als het eerste jaar van de eerste cyclus beschouwt, want over de namen van de jaren schijnt geen twijfel te bestaan. 4701 is dus jaar 20 (en niet jaar 21) van cyclus 79.

Voor Huang Di zelf zal het niet veel hebben uitgemaakt, want in werkelijkheid werd de 60-jarige cyclus pas in het jaar 4 na Chr., tijdens de Han-dynastie ingevoerd; de eerste vermelding is uit 13 na Chr.

Met dezelfde cyclus van 60 elementen telde men ooit de maanden (in precies vijf jaar - schrikkelmaanden bleven naamloos) en de dagen (in ongeveer twee maanden). Deze cyclus werd ook gebruikt voor het benoemen van de uren. Daarbij moeten we wel weten dat de Chinese "uren" twee keer zo lang zijn als de Westerse. Daardoor gaan er niet 24 maar 12 uren in een etmaal, en duurt de hele cyclus precies vijf dagen. Bovendien valt elke tak van de twaalftallige di zhi- cyclus samen met een vaste periode van de dag: het uur van de rat (zi) duurt van middernacht tot 2 uur, het uur van de os (chou) van 2 tot 4 's nachts, en zo verder, tot en met het uur van het zwijn (hai) tussen 10 uur 's avonds en middernacht. Chinese artsen gebruiken de di zhi-takken nog steeds om op het etiket aan te geven op welke tijden men een medicijn moet gebruiken. De tien hemelse stammen worden overigens ook gebruikt waar Westerlingen "A, B, C, D, …" zouden gebruiken - het Chinees gebruikt immers geen alfabet maar woordsymbolen.

De maanden en het schrikkeljaar

Zie ook:  Inleiding   Het tellen van de jaren

De Chinese maand begint op de dag van de nieuwe maan. De nummers van de maanden zijn afhankelijk van de positie van de zon in de dierenriem, die in 24 segmenten van 15° is verdeeld. Van de beginposities van de segmenten worden die op veelvouden van 30° (zhongqi) als belangrijker beschouwd dan de overige (jieqi). Verder is voor de berekening van het kalenderjaar (nian) de periode van winterzonnewende tot winterzonnewende (sui) van belang.
[Zhongqi, Jieqi, Nian, Sui]

Hieronder staat een overzicht van de zogeheten zonnetermen, van Lichun (315°) tot en met Dahan (300°). De "hoofdzonnetermen" zijn in een vet lettertype.
[Chinese zonnetermen]

Wie goed naar de vertalingen kijkt ziet dat de seizoenen niet beginnen op de zonnewendes en dag-en-nacht-eveningen, maar precies daartussenin. Dat betekent bijvoorbeeld dat de langste dag (de zomerzonnewende) niet het begin, maar het hoogtepunt van de zomer vormt. Wat dat betreft is de Chinese jaarindeling eigenlijk veel logischer dan de Westerse. De lente begint rond 4 Februari, en de kalender is zo geconstrueerd dat het jaar ook rond die tijd begint.

De algemene regel is, dat de winterzonnewende (dongzhi) in maand 11 van het kalenderjaar valt. Omdat de gemiddelde maan-maand korter is dan 1/12 jaar, moeten er behalve jaren van 12 maanden ook schrikkeljaren met 13 maanden voorkomen. Ook in een schrikkeljaar worden de maanden genummerd van 1 tot 12, waarbij de schrikkelmaand hetzelfde nummer krijgt als de normale maand die er aan vooraf gaat. In een schrikkeljaar is de schrikkelmaand altijd de eerste maand in de sui waarin geen hoofdzonneterm (zhongqi) voorkomt, met andere woorden: de eerste maan-maand na de winterzonnewende die geheel binnen een zonnemaand valt.

[Toon/verberg] Voorbeeld
Dat was bijvoorbeeld het geval in 2001, het Chinese jaar 4638 (jaar 18 Xin-Si [metaal-klein Slang] van cyclus 78). Dit was een schrikkeljaar waarin de maand na de vierde maand geheel tussen twee zhongqi (Xiaoman en Xiazhi) viel. In dat jaar was er dus tussen de normale maanden 4 en 5 een schrikkelmaand 4 (in de kalender 4A genummerd):
Maand in 4638 (18-78)Zhongqi
NummerBegin (Greg.)NaamChin. datumGreg. datum
124-1-2001Yushui26-118-2-2001
223-2-2001Chunfen26-220-3-2001
325-3-2001Guyu27-320-4-2001
423-4-2001Xiaoman29-421-5-2001
4A23-5-2001---
521-6-2001Xiazhi1-521-6-2001
621-7-2001Dashu3-623-7-2001
719-8-2001Chushu5-723-8-2001
817-9-2001Qiufen7-823-9-2001
917-10-2001Shuangjiang7-923-10-2001
1015-11-2001Xiaoxue8-1022-11-2001
1115-12-2001Dongzhi8-1122-12-2001
1213-1-2002Dahan8-1220-1-2002
[Toon/verberg] Voorbeeld

Doordat de zonnemaand momenteel in lengte varieert van 29 dagen (in de winter) tot 32 dagen (in de zomer), komen er nu bijna geen schrikkelmaanden voor in de winter; het is immers moeilijk om een maan-maand in zo'n korte zonnemaand te passen. In de verre toekomst zal door het verschuiven van het perihelium de positie van de kortste maand in het jaar veranderen, met al gevolg meer schrikkelmaanden in de winter.

Deze variatie in de lengte van de zonnemaand zorgt er ook voor dat af en toe een maan-maand twee zhongqi bevat. In dat geval is er in dat jaar een (extra) maand zonder zhongqi, en als het een schrikkeljaar is zijn er dus twee kandidaat-schrikkelmaanden.

[Toon/verberg] Voorbeeld
Dit is het geval in 2033 (het Chinese jaar 4670, jaar 50 van cyclus 78), een jaar waarin de maand die op 22 november 2033 begint twee zhongqi bevat (Xiaoxue op 22 november en Dongzhi op 21 december), terwijl de maanden die op 25 augustus en 22 december beginnen geen zhongqi bevatten. Als de maand van 25 augustus de schrikkelmaand zou zijn, valt de winterzonnewende in maand 10, en dat is in strijd met de regel dat dat in maand 11 moet zijn; daarom wordt in dit geval de maand van 22 december de schrikkelmaand (11A). Overigens bevat de maand die op 20 januari begint ook twee zhongqi, maar dat heeft geen invloed op de verdeling van de maanden in het jaar 4671, doordat dat geen schrikkeljaar is.
Maand in 4670 (50-78)Zhongqi
NummerBegin (Greg.)NaamChin. datumGreg. datum
131-1-2033Yushui19-118-2-2033
21-3-2033Chunfen20-220-3-2033
321-3-2033Guyu21-320-4-2033
429-4-2033Xiaoman23-421-5-2033
528-5-2033Xiazhi25-521-6-2033
627-6-2033Dashu26-622-7-2033
726-7-2033Chushu29-723-8-2033
825-8-2033---
923-9-2033Qiufen1-923-9-2033
1023-10-2033Shuangjiang1-1023-10-2033
1122-11-2033Xiaoxue1-1122-11-2033
Dongzhi30-1121-12-2033
11A22-12-2033---
1220-1-2034Dahan1-1220-1-2034
Yushui30-1218-2-2034
[Toon/verberg] Voorbeeld